Het lijkt erop dat je je in een regio bevindt waar de Pinterest-tag nog niet beschikbaar is. Raadpleeg waar de Pinterest-tag voor Pinterest Business-accounts beschikbaar is. Meer informatie

Door je Google Tag Manager-account aan je Pinterest-tag te koppelen, krijg je inzicht in de mate waarin Pinterest van invloed is op het webverkeer naar je winkel en de verkoop van je producten.

De basiscode toevoegen

Met de basiscode kun je gegevens verzamelen over gebeurtenissen, zoals wanneer iemand een product koopt of een product toevoegt aan zijn of haar winkelmand. De basiscode moet op alle pagina's van je website worden geïnstalleerd. Je bepaalt zelf of je de basiscode op Pinterest of in Google Tag Manager installeert.

  1. Log in op je zakelijke Pinterest-account
  2. Klik op het hamburgerpictogram linksboven op de pagina
  3. Klik onder Zakelijk op Conversies
  4. Klik op Aan de slag
  5. Selecteer je verbindingsbron en klik op Doorgaan
  6. Klik op Overslaan
  7. Selecteer Google Tag Manager en klik vervolgens op Doorgaan
  8. Klik op Doorgaan met Google
  9. Er wordt een nieuw tabblad geopend; log in met een Google-account
  10. Kies waartoe je Pinterest toegang wilt geven en klik op Doorgaan
  11. Kloppen de gegevens bij Account en Container? Klik dan op Doorgaan
  12. Vul eventueel een naam voor je tag in en schakel desgewenst de opties Automatische conversietoeschrijving of Verrijking van metagegevens in
  13. Klik op Tag installeren
Gebeurteniscodes toevoegen

Met gebeurteniscodes kun je de impact meten van je Pinterest-advertenties op bepaalde acties op je website. Ze zijn ook nodig om campagnes te starten die automatisch worden geoptimaliseerd voor bepaalde gebeurtenissen, zoals conversiecampagnes en dynamische retargeting van advertenties. Gebeurteniscodes zijn tevens nodig om platformen als conversiestatistieken te kunnen gebruiken.

Voordat je je eerste gebeurteniscode installeert, moet je eerst de basiscode installeren. De basiscode moet altijd vóór de gebeurteniscode worden uitgevoerd. Je kunt gebeurteniscodes alleen in Google Tag Manager installeren.

  • Klik bij Wijzigingen in werkruimte op de naam van je tag om deze te openen.
  • Klik op Tagconfiguratie.
  • Klik op het vervolgkeuzemenu bij Event to fire (Te activeren gebeurtenis) en kies de gebeurtenis die je op je website wilt bijhouden.
    • Er verschijnen aanvullende invulvelden, afhankelijk van de optie die je kiest. Je kunt een waarde invullen of op het bouwsteentje klikken en de gegevenslaagvariabele voor de relevante gebeurtenisgegevens toevoegen.
    • Voor AddToCart-, Checkout- en PageVisit-gebeurtenistags kun je een dynamische variabele als product_id-gebeurtenisgegeven toevoegen voor het maken van doelgroepen en retargeting.
      • Het dynamische product_id-variabele heeft geen extra syntaxis nodig - het moet alleen het ID invullen dat overeenkomt met je inventaris.
      • Als je meerdere product_id's tegelijk verwacht of wilt verzenden, moet je een gegevenslaagvariabele aanmaken die onze 'line_items'-syntaxis gebruikt. Hieronder vind je de opbouw en een voorbeeld van een 'line_items'-array.
  • Vink eventueel de optie Aangepaste parameters aan om doelgroepen te targeten.
  • Klik op Geavanceerde instellingen en vervolgens op Tagreeks.
  • Vink de optie Een tag activeren voordat <naam gebeurteniscode> wordt geactiveerd aan.
  • Klik op Tag selecteren en kies de basistag die je eerder hebt ingesteld in de vervolgkeuzelijst.
  • Klik op Triggers en kies de specifieke actie of pagina die je gebeurtenis moet activeren.
  • Klik rechtsbovenin op Opslaan.
  • Keep in mind that you’ll have to follow the steps below each time you add an event.

    1. Go to Google Tag Manager and click Add a new tag.
    2. Enter a name for your tag at the top of the screen where it says Untitled Tag.
    3. Click Tag Configuration.
    4. Click the search icon the top-right corner of the page and start typing Pinterest in the search bar. Click Pinterest Tag when it appears below.
    5. Enter your Pinterest tag ID from your Pinterest account’s Conversions page below Tag ID.
      • You can also choose a variable to reuse by clicking the plus icon next to Tag ID.
    6. Click the dropdown menu below Event to Fire and select the event you’d like to track on your website.
      • Depending on what you choose, optional inputs will appear. You can enter a value or click the brick icon and choose the data layer variable for the relevant event data.
      • For addtocart, checkout, and pagevisit event tags, you can add a dynamic variable for product_id event data for audience creation and retargeting.
        • The product_id dynamic variable does not need any extra syntax, it just needs to populate the ID that matches your inventory.
        • If you expect or want to send multiple product_ids at the same time, you’ll need to set up a data layer variable to use our line_items syntax. See below for the structure and an example of a line_items array.
    7. Optional: Check the box next to Custom Parameters for audience targeting.
    8. Click Advanced Settings, then select Tag Sequencing.
    9. Check the box next to Fire a tag before <your tag> fires.
    10. Click Select Tag and choose the base tag you set up previously from the dropdown menu.
    11. Click Triggering and select the specific action or page where you'd like your event to fire.
    12. Click Save at the top-right corner
    13. Click Submit to publish the change
    Meerdere product-ID's verzenden

    Je kunt meerdere product-ID's tegelijk invoeren om het verkeer naar al je producten bij te houden.

  • Kies een gebeurtenis uit de vervolgkeuzelijst Event to Fire (Te activeren gebeurtenis).
  • Vink de optie Custom Parameters (Aangepaste parameters) aan. Laat Product ID en Product Category bij Line Items (Regelitems) leeg wanneer je aangepaste parameters toevoegt. Het vakje 'Custom Parameters' (Aangepaste parameters) aangevinkt in Tagconfiguratie in Google Tag Manager
  • Klik op Rij toevoegen om een variabele toe te voegen.
  • Vul een naam voor je variabele in bij Name (Naam). Klik vervolgens op + bij Value (Waarde).
  • Kies een bestaande variabele uit de lijst of klik rechtsbovenin op + om een nieuwe variabele te maken. Google Tag Manager-interface met aangepaste opgeslagen parameters
  • Klik op Triggers om de benodigde triggers voor je website in te stellen.
  • Klik op Opslaan.
  • Je moet hiervoor tevens een gegevenslaagvariabele maken met de naam 'items' op elke pagina waarvoor je product-ID's en productcategorieën wilt instellen. Je kunt ze hier allemaal instellen:

    <script>
      dataLayer = [{ 
        items : [
          {
            product_id: '1414',
            product_category: 'Schoenen'
          },
          {
            product_id: 'ABC',
            product_category: 'Speelgoed'
          }
         ]
        }];
    </script>
    

    Als je de gegevenslaag eenmaal hebt toegevoegd, publiceer je de code van je website of sla je deze op.

    1. Go to Google Tag Manager.
    2. Click the event code or tag you want to add product IDs to.
    3. Select an event from the Event to Fire dropdown menu.
    4. Check the box next to Custom Parameters. Leave Product ID and Product Category under Line Items blank when you’re adding custom parameters. Custom Parameters box checked in Tag Configuration in Google Tag Manager
    5. Click Add Row to add a variable.
    6. Enter a name for your variable below Name, then click + below Value.
    7. Select an existing variable from the list or click + at the top-right corner to create a new variable. Google Tag Manager interface showing custom parameters saved
    8. Click Triggering to set any triggers needed for your site.
    9. Click Save.

    In order for this to work, you'll also need to create a data layer variable called "items" on any page you want to set the product IDs and product categories. You can set all of them here:

    <script>
      dataLayer = [{ 
        items : [
          {
            product_id: '1414',
            product_category: 'Shoes'
          },
          {
            product_id: 'ABC',
            product_category: 'Toys'
          }
         ]
        }];
    </script>
    

    Once you've added the data layer, deploy or save your website's code.

    Gebeurtenis-ID verzenden

    Je kunt ook gegevens van de gebeurtenis-ID opnemen voor ontdubbelingsdoeleinden.

  • Klik op het veld onder Event to Fire ((Te activeren gebeurtenis) en selecteer vervolgens een gebeurtenis in de lijst
  • Vink de optie Custom Parameters (Aangepaste parameters) aan
  • Klik op Rij toevoegen om een variabele toe te voegen
  • Vul onder Naam 'event_id' in als naam voor je variabele en klik vervolgens op het plusje onder Waarde om een waarde op te geven
    • Opmerking: de Value (Waarde) moet dynamisch worden gegenereerd voor elke gebeurtenis, zodat deze uniek is voor de gebeurtenisWit scherm met de instellingen voor tagconfiguratie
  • Klik op Opslaan
    1. Go to Google Tag Manager
    2. Click the event code or tag you want to add product IDs to
    3. Click the field below Event to Fire, then select an event from the list
    4. Check the box next to Custom Parameters
    5. Click Add Row to add a variable
    6. Below Name, enter ‘event_id’ as the name for your variable, then click the plus icon below Value to provide a value
      • Note: The Value should be dynamically generated for each event in order to be unique to the eventWhite screen featuring the tag configuration settings
    7. Click Save
    Content Security Policies

    Gebruik je een Content Security Policy (contentbeveiligingsbeleid) voor je tagcontainer van Google Tag Manager? Voeg dan deze domeinen als uitzondering toe aan eventuele regels die voorkomen dat code toegang heeft tot scripts:

  • s.pinimg.com
  • ct.pinterest.com
  • End of Other articles Links
    Nog steeds hulp nodig? Neem contact met ons op
    User feedback
    Was dit artikel nuttig?

    collection_fields

    Hoe kunnen we dit artikel verbeteren?