Door je Google Tag Manager-account aan je Pinterest-tag te koppelen, krijg je inzicht in de mate waarin Pinterest van invloed is op het webverkeer naar je winkel en de verkoop van je producten.
Met de basiscode kun je gegevens verzamelen over gebeurtenissen, zoals wanneer iemand een product koopt of een product toevoegt aan zijn of haar winkelmand. De basiscode moet op alle pagina's van je website worden geïnstalleerd. Je bepaalt zelf of je de basiscode op Pinterest of in Google Tag Manager installeert.
- Log in op je zakelijke account
- Klik op Advertenties en vervolgens op Conversies
- Klik bij De tag installeren op Aan de slag
- Selecteer Google Tag Manager in het venster Partnerintegratie en klik vervolgens op Doorgaan
- Er wordt een nieuw tabblad geopend. Log in met een Google-account en klik op Toestaan
- Kloppen de gegevens bij Account en Container? Klik dan op Doorgaan
- Vul eventueel een naam voor je tag in en schakel desgewenst de opties Automatische conversietoeschrijving of Verrijking van metagegevens in
- Klik op Tag installeren
- Ga naar Google Tag Manager en klik op Een nieuwe tag toevoegen.
- Vul bovenaan (waar Naamloze tag staat) een naam voor je tag in.
- Klik op Tagconfiguratie.
- Klik rechtsbovenin op
het vergrootglas en typ Pinterest in de zoekbalk. Klik op Pinterest Tag zodra die optie verschijnt. - Vul de ID van je Pinterest-tag in. Deze vind op je de pagina Conversies bij Tag-ID.
- Je kunt ook een variabele kiezen en deze hergebruiken. Klik hiervoor op het plusje naast Tag-ID.
- Wil je conversietoeschrijving gebruiken? Klik dan op het plusje onder Gehasht e‑mailadres en kies de gegevenslaagvariabele voor het e‑mailadres, of maak een nieuwe variabele aan.
- Klik op Triggers en kies de trigger die elke pagina van je website bijhoudt, zoals All Pages (Alle pagina's). Klik vervolgens rechtsbovenin op Toevoegen.
- Klik rechtsbovenin op Opslaan.
Met gebeurteniscodes kun je de impact meten van je Pinterest-advertenties op bepaalde acties op je website. Ze zijn ook nodig om campagnes te starten die automatisch worden geoptimaliseerd voor bepaalde gebeurtenissen, zoals conversiecampagnes en dynamische retargeting van advertenties. Gebeurteniscodes zijn tevens nodig om platformen als
Voordat je je eerste gebeurteniscode installeert, moet je eerst de basiscode installeren. De basiscode moet altijd vóór de gebeurteniscode worden uitgevoerd. Je kunt gebeurteniscodes alleen in Google Tag Manager installeren.
- Er verschijnen aanvullende invulvelden, afhankelijk van de optie die je kiest. Je kunt een waarde invullen of op het bouwsteentje klikken en de gegevenslaagvariabele voor de relevante gebeurtenisgegevens toevoegen.
- Voor AddToCart-, Checkout- en PageVisit-gebeurtenistags kun je een dynamische variabele als product_id-gebeurtenisgegeven toevoegen voor het maken van doelgroepen en retargeting.
- Het dynamische product_id-variabele heeft geen extra syntaxis nodig - het moet alleen het ID invullen dat overeenkomt met je inventaris.
- Als je meerdere product_id's tegelijk verwacht of wilt verzenden, moet je een gegevenslaagvariabele aanmaken die onze 'line_items'-syntaxis gebruikt. Hieronder vind je de opbouw en een voorbeeld van een 'line_items'-array.
Je kunt meerdere product-ID's tegelijk invoeren om het verkeer naar al je producten bij te houden.


Je moet hiervoor tevens een
<script>
dataLayer = [{
items : [
{
product_id: '1414',
product_category: 'Schoenen'
},
{
product_id: 'ABC',
product_category: 'Speelgoed'
}
]
}];
</script>
Als je de gegevenslaag eenmaal hebt toegevoegd, publiceer je de code van je website of sla je deze op.
Je kunt ook gegevens van de gebeurtenis-ID opnemen voor ontdubbelingsdoeleinden.
- Opmerking: de Value (Waarde) moet dynamisch worden gegenereerd voor elke gebeurtenis, zodat deze uniek is voor de gebeurtenis
Gebruik je een